Een tabaksdoosje of sigarettendoosje uit 1944. Met de hand vervaardigd en versierd. Op de voor en achterkant het jaartal 1944 en de initialen J.H. Een prachtig handwerk gemaakt doosje uit de tweede wereldoorlog. Aangekocht een aantal jaar geleden op de rommelmarkt in Delft.
Levensmiddelen kaart van het evacuatiecentrum Veemgebouw. Aan de beukenlaan te Eindoven.
Het in 1942 door Philips ontworpen en gebouwde pand is na de verwoesting van Eindhoven in 1944, in gebruik genomen als evacuatiecentrum, er werd tijdelijk onderdak aangeboden en een voedselvoorziening in onder gebracht. Het Veemgebouw is nu een Rijksmonument. De getoonde kaart is een soort van distributiekaart gemaakt van een D.P. Index Card, wat staat voor displaced persons card. AEF staat voor Allied Exeditionary Forces. Deze kaart werd als een soort van tijdelijke identificatie uitgegeven aan personen die geen aanspraak meer konden maken op hun eigen identiteit. In een oorlog zwerven er honderdduizenden mensen rond waarvan met geen mogelijkheid hun echte identiteit te achterhalen valt. Deze mensen kregen zo een soort kaart. Blijkbaar bij papierschaarste ook te gebruiken als voedselbon kaart. Op de achterkant staat Not A Pass gedrukt, om misbruik tegen te gaan. Gestempeld 9 mei 1945.
Britse voedseldropping welfare biscuit verpakking 1944 Wo2
Voedseldroppings
Britse dropping welfare biscuit trommel uit de tweede wereldoorlog, gedateerd mei 1944. Door geallieerde bommenwerpers tijdens “operatie Manna” afgeworpen boven zuid holland. In Zuid-Holland was de drafbaan Duindigt een locatie voor het afwerpen van voedsel. Engelse Piloten vertelden hierover dat het een makkelijk doelwit was voor de voedseldroppings door de ovale vorm van de drafbaan Duindigt.
British welfare biscuits tinn, from the second world war, dating from may 1944.
Voedselbonnen tweede wereldoorlog uit 1944. Van deze bonnen moest een gezin 2 maanden eten en zien te overleven in de tweede wereldoorlog. Van deze uitgave van de distributie bonnen zijn er een heleboel overgebleven, er was niet veel op de bon te krijgen in de hongerwinter van 1944-1945. Opvallend zijn de vele bonnen op het vel met ‘Algemeen’ erop, en ‘Taptemelk’. Taptemelk is afgeroomde melk die minder dan 3% vet bevat. Bovenin nog een rijtje bonnen met ‘Vleesch’, wat natuurlijk helemaal niet meer te krijgen was.
Gewoon betalen…
Veel mensen denken dat men tijdens de oorlogsjaren de bonnen inleverden bij de winkels, en dat ze dan het product kregen. Maar zo werkte de distributie niet. Men moest gewoon voor de op de bon verkrijgbare producten betalen. De bonnen regelden alleen dat de producten ‘eerlijk’ verdeeld werden onder de populatie in de gemeenten. En dat ze bij de mensen terecht kwamen die er recht op hadden volgens het distributiebureau.
Hond in de pot…
Mijn oma vertelde eens over de herdershond van de buren die ineens was verdwenen. Ondanks oproepen om de hond boven water te krijgen hing er toch ineens een aangenaam zoete stoofvlees geur door de straat. Volgens mijn oma Stien is nooit opgehelderd welke buur de hond in de pot had. Wel bleken de eigenaren er een zo’n grote beloning voor over te hebben dat je er wel 10 stukken rundvlees op de zwarte markt van kon kopen…. Ook de duiven waren al snel niet meer veilig, en werden gevangen door creatief verzonnen duivenvallen op de daken of balkons. De kokmeeuwen realiseerden zich al vrij vlug dat ze in de Haagse buurten het onderspit zouden delven, en lieten zich al snel niet meer zien, zo vertelde mijn oma. Kortom, de huisvrouwen die in de oorlog rond moesten komen, voor hun vaak grote gezinnen, met of zonder onderduikers, hadden een dagtaak aan het verzamelen en ritselen van de benodigde levensmiddelen en brandstoffen.