Duitse helm M16 uit de eerste wereldoorlog wo1. De steel is er aangemaakt om van de helm een schep te maken. Dit gebeurde vaker, van de overgebleven en gevonden helmen werden scheppen, zeven, plantenbakken, vergieten, en allerlei andere voorwerpen gemaakt. Schaarste was overal, dus men gebruikte wat voorhanden was. Dus de Stahlhelm werd een schep.
Geman M16 hemet dating from the First World War. The steel handle has been made on to make a shovel out of it.
Zwitserse M1918 bajonet uit de tweede wereldoorlog
Zwitserse M1918 bajonet
Zwitserse bajonet model M1918 van de Waffenfabrik Neuhausen. Voor op de 7.5mm Schmidt-RubinM1911 karabijn en de M1931 short rifle K31. Geproduceerd tot 1933. Met dubbel snijvlak. De bajonet en de schede zijn in prachtige staat. Waarschijnlijk door gebruikt door de Wehrmacht.
Koperen Duitse 2 pfennig munt 1938 Wo2. Met Duitse adelaar en hakenkruis in een eiken krans. Deze munt heb ik gevonden vlak voor de ingang van een Duitse bunker, zo op het zicht uit het zand geraapt.
Voedselbonnen tweede wereldoorlog uit 1944. Van deze bonnen moest een gezin 2 maanden eten en zien te overleven in de tweede wereldoorlog. Van deze uitgave van de distributie bonnen zijn er een heleboel overgebleven, er was niet veel op de bon te krijgen in de hongerwinter van 1944-1945. Opvallend zijn de vele bonnen op het vel met ‘Algemeen’ erop, en ‘Taptemelk’. Taptemelk is afgeroomde melk die minder dan 3% vet bevat. Bovenin nog een rijtje bonnen met ‘Vleesch’, wat natuurlijk helemaal niet meer te krijgen was.
Gewoon betalen…
Veel mensen denken dat men tijdens de oorlogsjaren de bonnen inleverden bij de winkels, en dat ze dan het product kregen. Maar zo werkte de distributie niet. Men moest gewoon voor de op de bon verkrijgbare producten betalen. De bonnen regelden alleen dat de producten ‘eerlijk’ verdeeld werden onder de populatie in de gemeenten. En dat ze bij de mensen terecht kwamen die er recht op hadden volgens het distributiebureau.
Hond in de pot…
Mijn oma vertelde eens over de herdershond van de buren die ineens was verdwenen. Ondanks oproepen om de hond boven water te krijgen hing er toch ineens een aangenaam zoete stoofvlees geur door de straat. Volgens mijn oma Stien is nooit opgehelderd welke buur de hond in de pot had. Wel bleken de eigenaren er een zo’n grote beloning voor over te hebben dat je er wel 10 stukken rundvlees op de zwarte markt van kon kopen…. Ook de duiven waren al snel niet meer veilig, en werden gevangen door creatief verzonnen duivenvallen op de daken of balkons. De kokmeeuwen realiseerden zich al vrij vlug dat ze in de Haagse buurten het onderspit zouden delven, en lieten zich al snel niet meer zien, zo vertelde mijn oma. Kortom, de huisvrouwen die in de oorlog rond moesten komen, voor hun vaak grote gezinnen, met of zonder onderduikers, hadden een dagtaak aan het verzamelen en ritselen van de benodigde levensmiddelen en brandstoffen.