De Britse fuse / ontsteker No 100 is ontworpen in 1914. Deze ontsteker is met grote haast ontworpen na dat eind 1914 het er toch naar uitzag dat de oorlog in een impasse bleek te raken, en artillerie een veel grotere rol zou gaan spelen in het conflict. De nummer 100 ontsteker is ontworpen als percussie ontsteker, dus activatie bij inslag. Ondanks dat deze ontsteker binnen één maand tijd is ontworpen, bleef deze ontsteker veel ingezet tot aan 1917. De no. 100 ontsteker had een grote schokbuis aan de onderkant die de lading van de granaat ontstak. Deze bomkop is uit 1916. 7/7/16 gemarkeerd.
Twee Canadese ontstekers. De No. 85, Rechts op de foto, en de 80F, links. De 80F lijkt kwa uiterlijk veel op de No. 85. Maar ze hebben allebei een ander ontwerp. Zo heeft de 80F twee gaatjes op de punt van de neus om gassen van de explosie dooor te kunnen laten. Nog een verschil is dat de 80F door het Amerikaanse ‘Alco’ (American Locomitive Company) is gemaakt, voor gebruik voor de bevriende landen op het strijdtoneel. De 80F is speciaal ontworpen om op de Britse en Canadese granaten geschroefd te worden. Deze twee komen uit 1916 en zijn gevonden in Passendale vlakbij Ieper. De No.85 heeft nog resten van de originele rode verf.
Duitse ontsteker model HZ 16. Gebruikt in de mid-jaren van de eerste wereldoorlog. Deze ontsteker heeft twee functies, een directe ontsteking bij inslag of een vertraging. De vertraging kon worden ingesteld door een schroef naar MV (mit verzögerung) te draaien. De ontsteker werd gebruikt voor de lichte houwitser kanonnen, voor explosieve- en gasgranaten.
Dit is een Duitse ontsteker Z 96/04 uit de eerste wereldoorlog. Dit is een double action ontsteker. Deze bomkop, of ontsteker, heeft de optie voor ontsteking bij inslag, of een vooraf ingestelde vertraging M V (mit verzogerung). Deze ontsteker werd gebruikt voor groot kaliber high explosive granaten. Deze ontsteker heeft dus ook een grote lading aan explosief materiaal om een 150mm of 210mm (Houwitser) granaat te kunnen laten ontsteken. Dat kan deze ontstekers gevaarlijk maken wanner ze op de oude slagvelden gevonden gevonden worden. Door de hoge impact van de ontploffing zijn er niet veel meer van dit soort ontstekers overgebleven en zijn ze redelijk zeldzaam.
Ieper
Deze ontsteker is gevonden in Ieper vlak onder de stadwallen. Dat toont wel aan dat er met flink geschut op Ieper is ingeschoten en er daardoor ook bijna niets van het stadje is overgebleven, na de drie verschillende grote veldslagen die zich er hebben voltrokken tussen 1914 en 1918.
Ieperboog
Ieper was een doorn in het oog van de Duitse generale staf en het stadje heeft dus flink geleden onder de Duitse artillerie in die oorlogsjaren. Ieper is enkele weken in 1914 bezet geweest door een Duits ‘Curasiers Cavelerie’ onderdeel. Na het vertrek van deze verkenningsmissie is Ieper nooit meer in handen van de Duitsers gekomen, en is het voor de rest van de oorlog de welbekende ‘Ieper Saillant’, de Ieperboog, gebleven. Met tegenwoordig de Menenpoort als blijvende herinnering aan de vernietigende jaren van de Grote Oorlog.
Ontwerp van 1914
