D-day 6 juni 1944
Duizenden soldaten komen in Normandie voor het eerst aan land.
Dat is in noordwest Frankrijk.
Zorgvuldige voorbereidingen, moedige gevechten en de verspreiding van verkeerde informatie (de Duitsers dachten namelijk dat de invasie bij Calais zou plaats vinden, en niet in Normandie), maakten de invasie tot een succes.
De invasie kreeg de naam ‘Operatie Overlord’.
De dagen na de invasie van D-day 6 juni 1944 kwamen nog duizenden andere geallieerde soldaten aan land.
Niet in Calais
De Duitsers hadden verkeerde informatie gekregen over de plaats van deze invasie (inval) en waren erg verrast. Deze dag werd D-day genoemd. Decision day, de beslissende dag.
Honderden Engelse en Amerikaanse schepen voeren toen naar de kust van Normandie: dat is een gebied aan de westkust van Frankrijk.
Vanaf grote schepen werden tanks aan wal gezet. Schepen beschoten Duitse bunkers vanaf zee. Vliegtuigen namen de Duitse soldaten onder vuur.
De Duitsers waren volledig verrast. Ze wilden hun tanks gebruiken. Maar daarvoor hadden ze de toestemming nodig van Hitler. Maar die sliep nog toen de invasie begon. En niemand durfde hem wakker te maken!
Toen Hitler eindelijk toestemming gaf, was het te laat! De Geallieerden hadden toen al een groot deel van Normandië in handen.
Al snel werden de Duitsers in Frankrijk terug gedreven.
Daarna rukten de geallieerde troepen verder naar Belgie, Nederland en Duitsland.
In september 1944 hadden de Geallieerden Noord-Frankrijk, Belgie en Zuid-Nederland, tot aan de grote rivieren, heroverd.
Na de invasie
Hoe verder na die eerste invasie?
Er waren nu twee opvattingen over het voortzetten van de strijd:
1. De Amerikanen wilden Duitsland over een breed front aanvallen.
2. De Engelse Veldmaarschalk Montgomery wilde door Nederland naar het IJsselmeer oprukken en vervolgens naar het oosten Duitsland binnen trekken. Op deze manier zouden de Duitse troepen in West-Nederland geisoleerd worden en bovendien werd zo om de zwaar verdedigde Siegfriedlinie heen getrokken.